woensdag 14 maart 2012

De zeehond in Goudswaard

Anna Vos:
De zeehond in Goudswaard trekt aan me. Ik pak zijn foto erbij en stel me voor, vertel dat ik zijn foto op facebook zag. Hij reageert direct:
“Mensen communiceren niet meer wérkelijk met elkaar, van ziel naar ziel. Ik ben ooit opgevangen en weer uitgezet. Ik ben niet bang voor mensen, mensen zijn bang voor elkaar, laten zichzelf niet echt aan elkaar zien zoals ze zijn. Ik laat me zien zoals ik ben, heb niets te verbergen. Waarom doen mensen alsof?
We zijn ‘beings’, geen ’doings’. Het gaat om wie je bent, niet wat je doet... Werk is niet belangrijk als je hart er niet in zit. Is dat wél zo, dan is het geen werk, dan is het liefde verspreiden.”
Ik word emotioneel, voel tranen. De zeehond zegt: “Ja, laat maar zien wat je voelt, dat is goed, mensen laten te weinig zien wie ze zijn. Wij gebruiken al ons potentieel, wij doen wat we zijn, zoals we zijn, wij zijn ons vrije zelf, we laten ons niet kneden. Mensen worden te veel geleefd, laten zich leven. Jullie moeten opstaan, wakker worden.”
Ik vraag: “Waarom ben je hier, op deze plek?”
Hij antwoordt: “Wat denk je zelf?”
Ik reageer: “Ik weet het niet, daarom vraag ik het jou.”
Hij zegt: “Mensen en dieren moeten meer integreren, mensen hebben ons (dieren) nodig, het is belangrijk dat ze naar ons luisteren. Mensen horen toch de aarde te beheren? Maar ze luisteren niet naar ons, ze denken dat ze almachtig zijn. Zonder ons, dieren, is er geen aarde. Mensen vervuilen de aarde en vernietigen haar. Als ze niet uitkijken, is er geen aarde meer omdat die onleefbaar wordt voor dieren. Dat geldt ook voor de zeeën. Wij hebben onze natuurlijke leefomgeving nodig, mensen manipuleren dat.
Ik ben niet verdwaald, ik ben hier bewust, ik wist dat ik mensen zou bereiken die naar me wilden luisteren. Geef door dat mensen dieren nodig hebben – net zoals de bijen dat zeggen. Waarom luisteren mensen niet? Zo velen van ons, dieren, hebben het geprobeerd, maar zijn niet gehoord. Ze hebben zich opgeofferd.”
Ik vraag: “Ben je ziek?”
Hij antwoordt:”Nee, ik wil mensen bereiken. Het water vervuilt, overal ter wereld. Waarom doen mensen dat?”
Het blijft even stil, dan hoor ik: “Ik ga nou eten.”
Hij duikt het water in.
Ik ben stil en vraag me af of ik dit allemaal zelf heb zitten verzinnen.
Dan hoor ik hem ergens onder water (het klinkt alsof hij zijn bek vol vis heeft en met volle mond praat) brommen: “Nee, natuurlijk niet, je hóórde me toch?”
Ik bedank hem... hij is uit mijn beeld verdwenen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten